Bootzeil voert jaarlijks een onderzoek uit onder achtduizend watersportliefhebbers. Van deze groep bezat 71 procent in 2013 een eigen boot, een percentage dat inmiddels is gedaald naar 66. 

 

"Vooral de oudere generatie had vaak een boot voor een weekendje weg of als extra huisje", zo vertelt Steven Bleeker, hoofd zeilmakerij bij Bootzeil. “Maar wij zien dat een aanwas van jongere bootbezitters zich niet aandient. En ook als investeringsobject is een boot niet meer zo populair. Jongeren zeggen: ik hoef geen boot want dat kost me te veel tijd en geld." Daarbij: de jongere generatie wil zich niet beperken tot één type waterrecreatie. Bleeker: "Zeilen, waterskiën, surfen; de nieuwe generatie wil alles."

 

 

Naast een afname in bezit is er ook een afname in gebruik zichtbaar. In 2013 ging 22 procent met de boot op vakantie, in 2018 was dat geslonken tot 16 procent. En als de vaartuigbezitters gaan, dan gaan ze kort: drie vaardagen is vaak het  maximum. Veel respondenten stellen dat ‘te veel gedoe’ ze vaak weerhoudt om langer te gaan. 

 

 

Andere oorzaken van het verminderde gebruik en bezit zijn volgens Bootzeil het aanbod van goedkope vliegvakanties en het feit dat steeds meer mensen een boot delen; iets wat met name in Amsterdam al heel zichtbaar is. Daar hebben veel mensen een boot gedeeld in bezit, om kosten te drukken, en omdat het aantal ligplekken beperkt is. Dit staat in schril contrast met bijvoorbeeld Friesland, waar sterk wordt gemerkt dat de vloot pleziervaartuigen in Nederland aan het afnemen is. Bleeker: "De havens in Friesland lagen voorheen afgeladen vol. Daar is nu weer plaats."