Tentoonstelling Zing! - over muziek en zang op school

Door Redactie Nationale Recreatiegids
4 min

ROTTERDAM - Dat zingen en muziek maken goed zijn voor de ontwikkeling van een kind, is wetenschappelijk bewezen. Toch is de aandacht die in het onderwijs besteed wordt aan dit vak wisselend. Vanaf 15 oktober laat het NationaalOnderwijsmuseum in Rotterdam zien welke rol het vak muziek en zang op school speelde, en hoe dit werd ingevuld. Een toonaangevende ervaring voor jong en oud, vol sentiment en verbazing.

Hoe leer je kinderen tonen aan? Pas vanaf begin vorige eeuw werden hier aparte methodes voor ontwikkeld. Muziekpedagogen pasten het reeds in de 11e eeuw ontwikkelde 'do-re-mi' gecombineerd met handgebaren toe, om kinderen de juiste toon te laten treffen. Voor die tijd werd vooral klassikaal de meester nagezongen en klonken overwegend religieuze liederen.

In acht thema's brengt de tentoonstelling Zing! in beeld - én in geluid - hoe er muziek- en zangles werd en wordt gegeven in Nederland. Hoe heeft de visie op het vak zich in de loop van de geschiedenis ontwikkeld? Hoe zijn de wetgeving, maar ook de opkomende media van invloed geweest? En wie schreven onze populairste kinderliedjes? Maar bijvoorbeeld ook het gebruik van liedjes bij andere vakken als gymnastiek en taal.

Ieder zingt zijn eigen lied
Iedere generatie heeft z'n eigen warme herinnering bij kinderliedjes. Twintigers zongen Kinderen voor Kinderen tijdens de schoolmusical en de 50-plussers weten vast nog hoe de Volkszangdag er aan toe ging met Pierre van Hauwe. In de tentoonstellingZing! draait het naast de wetten en methodes vooral om de persoonlijke beleving van zang en muziek uit de schooltijd van de bezoekers.

© Nationale Recreatiegids