Landelijke protestactie ondermijnd door afhakende clubs

Door Redactie Nationale recreatiegids
4 min
Een aantal clubs dat komend weekend mee zou doen aan een protestactie heeft zich teruggetrokken omdat lokale overheden dreigen met een dwangbevel. Dat bevestigt initiatiefnemer Pieter de Kroon van de actie 'De Nacht staat op' na eerdere berichtgeving van het AD. Hoeveel clubs zich hebben teruggetrokken weet hij niet omdat er ook geen beeld is van hoeveel er überhaupt mee zouden doen aan het protest.

De actie werd vorige week aangekondigd door brancheorganisatie Nachtbelang en het Overleg Amsterdamse Clubs (OAC). Door het hele land hebben clubs zich aangesloten.

Uitgaanscentrum Dieka uit het Twentse Markelo heeft op Facebook laten weten dat het zaterdag dicht blijft. Ook Club 1841 uit Sneek in Friesland doet niet meer mee omdat de gemeente "heeft aangegeven de regels van de overheid te hanteren", zo valt ook op Facebook te lezen. Ondernemers zijn bang voor boetes. De Kroon vindt het "belachelijk" dat overheden gaan handhaven. Hij verwacht dat jongeren op die plekken waar de feesten niet doorgaan in plaats daarvan naar illegale feesten zullen gaan. "Daarom is het zo belangrijk dat wij weer opengaan. Wij bieden een beschermde omgeving", zegt hij.

Amsterdamse clubs

Amsterdamse clubs hebben zich niet afgemeld voor de actie. Zij hebben niet te horen gekregen dat de gemeente zal optreden. Eerder werd bekend dat alle tickets van de Amsterdamse clubs die meedoen zijn uitverkocht. Volgens De Kroon gaat het in totaal om "richting de 20.000 en 25.000 kaarten".

Brancheorganisatie Nachtbelang en het OAC stelden eerder het zat te zijn dat bij de plannen van het kabinet om de samenleving te heropenen niet aan het nachtleven wordt gedacht. Volgens de nu geldende regels moet de horeca om 22.00 uur de deuren sluiten en is een zitplaats voor bezoekers verplicht.

Het Outbreak Management Team (OMT) komt vrijdag bijeen om een nieuw advies voor te bereiden voor het kabinet. Volgende week is een nieuwe persconferentie met minister Ernst Kuipers van Volksgezondheid.

Door: ANP