Nieuwe RIVM-vuistregels zetten recreatie centraal in de buurt
Het RIVM presenteert concrete vuistregels waarmee gemeenten en provincies schaarse ruimte zo kunnen inrichten dat gezondheid en recreatie elkaar versterken. Denk aan groene en uitnodigende straten en pleinen die mensen aanzetten tot wandelen, fietsen, spelen en sporten, en zo de leefomgeving aantrekkelijker maken voor bewoners en bezoekers. Dit meldt het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.
De richtlijnen zijn bedoeld als houvast bij ruimtelijke keuzes. Ze geven meetbare doelen voor bewegen, groen en ontmoeting, zonder verplicht te zijn, en helpen belangen af te wegen op basis van wetenschappelijke onderbouwing.
Vuistregels voor bewegen en speelruimte
Minimaal een kwart van de openbare ruimte in een buurt is primair ingericht voor lopen, fietsen, spelen en sporten. Binnen 200 meter is er een speelplek voor kinderen en binnen 300 meter ligt aaneengesloten beweeggroen, zoals een park of sportveld.
Groen uitzicht en ontspannen ontmoeten
Elke woning kijkt uit op groen, wat rust geeft en aanzet tot recreatief gebruik. Bomen bieden schaduw en verkoeling en helpen regenwater opvangen. Brede stoepen en passend straatmeubilair maken een praatje onderweg makkelijk, zonder andere passanten te hinderen.
Wetenschappelijke basis, gemaakt met de praktijk
De vuistregels zijn meetbaar en gestoeld op onderzoek naar de invloed van de leefomgeving op gezondheid en recreatie. Ze zijn opgesteld in samenwerking met regionale gezondheidsdiensten, overheden en kennispartners, op verzoek van het ministerie dat gezondheid nadrukkelijker wil verankeren in ruimtelijke plannen.