(Novum) - Het Rijksmuseum in Amsterdam moet een kunstwerk dat door de nazi's in beslag werd genomen teruggeven aan de erfgenamen van de oorspronkelijke joodse eigenaren. Dat adviseerde de Restitutiecommissie dinsdag aan het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Staatssecretaris Halbe Zijlstra (VVD) heeft de aanbeveling overgenomen.Uit onderzoek bleek dat het bronzen beeld Hercules, waarvan de maker niet genoemd wordt, bij de collectie hoorde van het Duits-joodse verzamelaarsechtpaar Oppenheimer. Zij waren aandeelhouders van een concern dat door het naziregime werd gezien als 'exponent van de internationale joodse' kunsthandel.

Volgens de onderzoekers werd een 'goede bekende' van nazipoliticus en -militair Hermann Göring ingeschakeld om het bedrijf te ontmantelen en het bezit te verhandelen. Het beeld kwam uiteindelijk terecht bij het Rijksmuseum. Daar maakte het sinds een schenking in 1938 deel uit van de collectie.

Ook het Museum Catharijneconvent in Utrecht moet een werk teruggeven dat in de Tweede Wereldoorlog door de nazi's werd geroofd. De vijftiende-eeuwse houten sculptuur Pietà was in bezit van een joodse verzamelaar. Via een omweg langs Göring kwam het in de rijkscollectie terecht.

De Restitutiecommissie onderzocht een derde claim, maar wees die af. Sinds januari 2002 heeft het adviesorgaan bij honderd van de 125 verzoeken een aanbeveling voor teruggaaf gedaan.