MAASTRICHT (Novum) - In een van de grootste kunstroofzaken die Nederland ooit heeft gekend, heeft justitie donderdag tegen drie betrokkenen celstraffen van drie jaar geëist voor heling en witwassen. De zaak draait om negen schilderijen van onder anderen Renoir en Pissarro, die in 1987 uit kunsthandel Noortman in Maastricht werden gestolen.

Een 70-jarige man uit het Limburgse Walem zou de doeken jarenlang verborgen hebben gehouden. Toen de diefstal na twintig jaar was verjaard, wilde hij de schilderijen van de hand doen. In 2009 heeft hij met twee verdachten, een 38-jarige man uit Duitsland en zijn 65-jarige moeder uit België, acht werken aangeboden aan een verzekeringsmaatschappij.

Het negende schilderij is volgens het OM verbrand. De verzekeraar had na de roof vijf miljoen gulden uitgekeerd aan de kunsthandel en zou er dus belang bij hebben de schilderijen terug te krijgen, omdat dan in ieder geval een deel van het geld terug kon worden geëist. De verdachten wisten volgens justitie dat geld was uitgekeerd en wilden daar een deel van opstrijken.

Nadat de verdachten het aanbod hadden gedaan, werden ze in de kraag gegrepen. Voor de diefstal kan niemand meer worden vervolgd, maar wel voor de poging de schilderijen te verkopen.

De doeken werden na de arrestaties ook teruggevonden. Ze verkeren volgens het OM in uiteenlopende staat. Sommige schilderijen waren opgevouwen en ernstig beschadigd. Ze zijn inmiddels overgedragen aan de verzekeringsmaatschappij.

De zaak liep vorig jaar vertraging op omdat de officier van justitie die de zaak behandelde bij het OM was vertrokken. Een opvolger had meer tijd nodig om zich voor te bereiden.

De rechtbank in Rotterdam doet over twee weken uitspraak.