Volgens FLEMMING moet een goede kroeghit "meezingbaar" zijn. "Het nummer moet gelijk beginnen met hoge energie. En als het afgelopen is, moet je het nog een keer kunnen horen. Ik denk dat het daar wel aan voldoet." Hoogkamer gelooft dat zijn "volkse repertoire" goed samenkomt met de muziek die FLEMMING maakt. "Voor onszelf is dat geslaagd, dan zing je dat nummer ook voor de volle honderd procent."

Het maakproces van hun gezamenlijke lied was kort. "In twintig minuten stond het nummer op papier", vertelt FLEMMING. "Vaak als je een nummer hebt dat zo snel komt, dan hoort het eruit te komen. Hoe korter het maakproces, hoe beter het liedje, zeggen ze weleens. Dat gaan we natuurlijk nog zien, hoe het landt bij de mensen."

Hechte vriendschap

De twee zangers hebben een hechte vriendschap. "Met veel artiesten ga je op collega-basis om, maar bij sommige artiesten merk je dat je veel dezelfde raakvlakken hebt. Het is altijd lachen, gieren, brullen met Mart", zegt FLEMMING. "Als je elkaar wat jaartjes kent en je raakt ook nog eens bevriend, dan is het veel leuker om samen te werken", vult Hoogkamer aan.

Begin maart barst carnaval opnieuw los, onder meer in Den Bosch waar FLEMMING vandaan komt. "Ik vind het wel leuk als Oeteldonker om eindelijk een liedje te hebben wat ze dan kunnen draaien in de kroeg. Ik verwacht wel iets van Den Bosch", lacht FLEMMING. Hoogkamer is geen carnavalsvierder, maar als hij het gaat vieren wil hij het met FLEMMING doen.

Voor FLEMMING voelt het uitbrengen van een feestnummer als 100% niet als "een uitstapje". "Dat zit hem in het muzikale in de melodielijn en de tekst. Het ligt in lijn met liedjes als Automatisch. Het voelt echt als een FLEMMING met Mart-liedje."