De vondst werd in eerste instantie onderzocht door BAAC, een onafhankelijk cultuurhistorisch onderzoeksbureau. Het bureau en een archeoloog gaven na onderzoek beide aan dat de grond mocht worden vrijgegeven. De eigenaar van de grond, de Efteling, mag ermee doen wat die wil.

De enige voorwaarde die wordt gesteld is dat er een archeoloog aanwezig is bij de graafwerkzaamheden. Dit is slechts ‘voor de zekerheid’, om ervoor te zorgen dat er geen belangrijk erfgoed verloren gaat wanneer er toch iets onverwachts wordt gevonden. Ook wil de gemeente kijken of er een informatiebord kan worden geplaats over het munitiedepot.

Oproep voor behoud kelder

Niet alle partijen zijn het eens met het besluit van de gemeente. Zo vindt Heemkundekring De Ketsheuvel dat de restanten van het ‘moffencafé’, zoals de kelder in de volksmond heet, een gemeentelijk monument moet worden. Achter hen schaart zich ook Stichting Menno van Coehoorn, die zich inzet voor het behoud van militair erfgoed. De stichting wil de fundering graag behouden, omdat dit de enige ruimte is van het depot dat bewaard is gebleven.

Efteling aan zet

Ondanks de weerstand van een paar partijen ligt de keuze vooralsnog bij de Efteling. Die wil in de toekomst uitbreiden richting de Horst, waar het depot ligt. Al eerder gaf het pretpark aan dat zij het depot willen verwijderen. Stichting Menno van Coehoorn hoopt dat het attractiepark met een oplossing kan komen. Maar of die daar daadwerkelijk voor openstaat, dat kan een woordvoerder van de Efteling nog niet zeggen.