Duur dierentuinkaartje jaagt bezoekers weg, regionale dagattracties winnen terrein
De vrijetijdsmarkt in Nederland is volop in beweging. Terwijl grote attractieparken en dierentuinen hun prijzen blijven verhogen, profiteren kleinere regionale dagattracties van hun betaalbare kaartjes. Het Friese Duinen Zathe en het Drentse Drouwenerzand trekken steeds meer bezoekers die letten op hun portemonnee. Dit meldt Hendrik Beerda naar aanleiding van hun Dagattracties Merkenonderzoek 2025.
De Efteling en Beekse Bergen blijven weliswaar de publiekslievelingen, maar worden ook gezien als de duurste uitjes van het land. Het museumbezoek verliest ondertussen zijn imago van ‘goedkoop alternatief’, ondanks de populariteit van de Museumkaart.
Betaalbare toppers
Volgens het Dagattracties Merkenonderzoek 2025 scoren Duinen Zathe en Drouwenerzand het hoogst op betaalbaarheid. Bezoekers ervaren daar volop plezier zonder dat de prijs een drempel vormt. Ook parken als De Waarbeek, Sprookjeswonderland en ZooParc Overloon staan in de top tien van best geprijsde dagattracties.
Grote namen blijven trekken
Ondanks de prijsstijgingen behouden de Efteling en Beekse Bergen hun status als ultieme dagje-uitbestemmingen. Bezoekers waarderen vooral de sfeer, de kindvriendelijkheid en de constante vernieuwing met nieuwe attracties. Walibi Holland wordt samen met de Efteling genoemd als een van de duurste parken, maar blijft populair bij liefhebbers van spanning en sensatie.
Musea verliezen hun voorsprong
Waar musea jarenlang golden als betaalbare uitjes, zien bezoekers de entreeprijzen inmiddels als fors. Slechts één museum staat nog in de top tien van best geprijsde dagattracties. Merkadviseur Hendrik Beerda benadrukt dat musea kansen laten liggen: door duidelijker te communiceren dat Museumkaarthouders gratis toegang hebben, kunnen ze een groot publiek aanspreken.
Sterkste leerzame merken
Onder de leerzame dagattracties voeren Amsterdamse musea de lijst aan. Het Anne Frank Huis, Rijksmuseum en Van Gogh Museum scoren het hoogst op reputatie. Het Spoorwegmuseum en Naturalis volgen op vier en vijf. Opvallend is de opmars van het Van Gogh Museum, dat inmiddels zelfs boven het kindvriendelijke Spoorwegmuseum staat.