Rechtszaak over mini‑camping in Schalkhaar opnieuw van start
In Schalkhaar speelt opnieuw een juridische strijd rond de plannen voor een mini‑camping. Nadat de gemeente Deventer eerder weigerde een vergunning af te geven, kreeg het stel achter het project via de rechter alsnog groen licht. Nu stappen buurtbewoners naar de rechtbank om bezwaar te maken tegen de verleende vergunning. Dit meldt de Stentor.
De kwestie loopt al sinds 2019, toen Marije en Bas Draaijer het landgoed aan de rand van het dorp kochten van de gemeente. In de koopovereenkomst werd het voornemen voor een kleinschalige camping opgenomen. Aanvankelijk leek er medewerking, maar later besloot de gemeente geen vergunning te verlenen vanwege zorgen over mogelijke overlast.
Vergunning na juridische strijd
In 2023 oordeelde de rechter dat de gemeente de aanvraag ten onrechte had afgewezen. Bij een nieuwe beoordeling werd de vergunning alsnog verleend. Daarmee leek de weg vrij voor de camping, maar kamperen is nog steeds onmogelijk. Twee huishoudens uit de buurt hebben bezwaar gemaakt en de zaak ligt nu opnieuw bij de rechtbank in Zwolle.
Bezwaren van omwonenden
De bewoners vrezen vooral geluidsoverlast. Hun tuinen liggen dicht bij een zwemkolk op het landgoed, waar toekomstige kampeerders gebruik van zouden kunnen maken. Volgens hen is nu al te horen wanneer enkele mensen daar praten. Daarnaast wijzen zij op eerdere evenementen op het terrein, zoals een bruilofsfeest en een klassenfeest, die voor veel geluid zorgden.
Juridische discussie
De rechtbank onderzoekt of de gemeente terecht heeft afgeweken van het bestemmingsplan om de camping mogelijk te maken. Daarbij spelen vragen over geluid, verkeer en parkeren. Ook wordt gekeken of de bouwvergunning voor twee grote tenten past binnen het concept van een mini‑camping of dat dit meer richting recreatie gaat.
Mogelijk compromis
De rechter lijkt te zoeken naar een middenweg en vroeg de eigenaar hoe hij tegenover een start zonder de twee grote tenten staat. Eerder kregen de bezwaarmakers bij de bezwaarschriftencommissie geen gelijk. Binnen zes weken volgt nu een uitspraak van de rechtbank.
