Recordaantal museumkaarten verkocht, maar musea blijven met financiële zorgen kampen
Vorig jaar werd een recordaantal museumkaarten verkocht, met anderhalf miljoen exemplaren in omloop. Dit is een stijging van 56.000 vergeleken met het jaar daarvoor. De Museumvereniging meldde dat museumkaarthouders goed waren voor 31% van alle museumbezoeken in Nederland. De meeste kaarthouders (bijna 75%) waren volwassenen boven de 35 jaar, al groeit het aantal jongeren dat een kaart bezit. Dit meldt RTL Nieuws.
Aantal bezoeken blijft stabiel
In totaal werden er 30,8 miljoen bezoeken afgelegd in 2023, een aantal dat vrijwel gelijk bleef ten opzichte van 2022. De musea zagen een lichte omzetstijging van 1,26 miljard naar 1,31 miljard euro. De helft van de omzet kwam uit eigen inkomsten, met de rest afkomstig van subsidies. Ondanks de toegenomen bezoekersaantallen blijven de musea echter geconfronteerd met financiële tekorten.
Stijgende kosten blijven zorgwekkend
Het grootste probleem voor veel musea zijn de oplopende kosten voor onderhoud en beveiliging, die jaarlijks met ongeveer 10% stijgen. Dit, gecombineerd met de beperkte mogelijkheid om de entreeprijzen op te voeren, zorgt voor een operationeel verlies bij 45% van de musea. De gemiddelde verliezen per museum bedragen 65.000 euro. Dit resulteert in een totaal tekort van 30 miljoen euro voor de sector.
Subsidies en private fondsen als steun
Naast de reguliere inkomsten van entreegelden ontvangt de museumsector ook subsidies van de overheid. In 2023 was dit 665 miljoen euro, waarvan het merendeel afkomstig was van het Rijk en gemeenten. Er is echter ook een significante toename van private fondsen. Deze stegen van 76 miljoen euro in 2022 naar 95 miljoen euro in 2023.
Ondanks de groei in de verkoop van museumkaarten blijft de financiële situatie in de sector moeilijk. De steun vanuit de overheid en private fondsen is cruciaal voor het voortbestaan van de musea.
