Stadjer wil Groningen omdopen tot Herman Broodstad, maar gemeenteraad niet
Stadjer Ben Nijhoff wil Groningen omdopen tot ‘Herman Broodcity’, inclusief bijbehorend museum. Maar de gemeenteraad is sceptisch en vraagt zich af of het niet te veel is gevraagd voor een stad waar wijlen Brood slechts vijf jaar heeft gewoond. Dit meldt OOGTV.
Brood overleed in 2001 in Amsterdam, op 54-jarige leeftijd. Slechts vijf jaar van zijn leven heeft hij in Groningen doorgebracht en daarom vindt CDA-fractievoorzitter Jalt de Haan wellicht ook een te grote eer voor Groningen om zich te profileren als Broodstad. Hij meent dat andere Groningers hier wellicht meer voor in aanmerking komen. “Misschien zou er ook gewerkt kunnen worden aan een tijdelijke tentoonstelling over Brood”, oppert De Haan.
Toeristische trekpleister
Nijhoff ziet dat anders en stelt Brood een grote band het met de stad en dat hij zelfs vanuit Amsterdam graag nog naar Groningen kwam. Zijn carrière startte bovendien ook in Groningen. “Zijn eerste album, ‘Groeten uit Grollo’ , werd gemaakt toen hij hier in de stad woonde”, betoogt Nijhoff. Daarnaast was hij ook betrokken bij het ‘Groninger Springtij’, wat decennia geleden de muziekscene in Groningen hielp opleven. Nijhoff stelt niet alleen een museum voor, maar ook een toeristische wandelroute langs zijn voetsporen en kunstwerken. Zelfs een beeld van hem op de Grote Markt en voertuigen met Broodmotieven kunnen de stad extra interessant maken voor bezoekers.
Sommige raadsleden vragen zich wel af wat zij hiermee moeten. Nijhoff wil namelijk niet op subsidie draaien. Maar als de gemeenteraad positief oordeelt, wat is dan de vervolgstap, vraagt VVD’er Ietje Jacobs-Setz zich af. In overleg met de afdeling Economische Zaken zou hij een pand in de Poelestraat in gebruik willen nemen. Nijhoff noemt het een investering in city branding.
Marketing Groningen
Diverse partijen vragen zich af of Marketing Groningen of bestaande podia zoals het Groninger Museum of de Oosterpoort niet beter passen bij een tentoonstelling of wandelroute. Wat de raadsfracties verder doen met het initiatief van Nijhoff, is niet bekend.