Scheepvaartmuseum; geen spijt van recreatieve koers
Een woordvoerder laat weten dat de financiële problemen vooral zijn ontstaan door de lagere algemene subsidie van het rijk (€ 300.000 structurele korting per jaar). Vorig jaar al werd de subsidie voor wetenschappelijk taken weggehaald. Die taken werden nog een jaar lang uit eigen middelen voortgezet. Maar dat bleek teveel van het goede. De wetenschappelijke onderdelen worden nu dan ook afgebouwd.
In de begroting voor 2014 wordt gerekend met 300.000 bezoekers per jaar. Dat aantal wordt vrijwel zeker gehaald. Doordat er relatief veel kaarten worden verkocht aan jongeren en kinderen is de opbrengst per bezoeker wel een stuk lager. Jongeren en kinderen krijgen namelijk een korting op de entreeprijs.
Om de kosten binnen de perken te houden worden naast het ontslag van elf medewerkers, en het afbouwen van de wetenschappelijke functies, nog enkele maatregelen genomen; Zo gaat de bibliotheek nog maar een dag per week open en wordt de kaasschaafmethode toegepast op diverse kostenposten.
Recreatieve koers?
“Met de kop in het Parool waren we niet gelukkig” laat de woordvoerder weten: “Onze aanpak wordt dor bezoekers juist bijzonder gewaardeerd. In juni ontvingen we van Tripadvisor nog een certificaat van uitmuntendheid . Het woord ‘pretpark’ past bovendien helemaal niet bij onze aanpak. Wij willen een inhoudelijk goede expositie bieden . Daarbij werkt het goed om met een verhalende methode te werken. Soms is dat wat speels. Het is vaak een hele uitdaging om de expositie zo in te richten dat verschillende (leeftijds)groepen geboeid raken. Wij slagen daar prima in; zeker als je ziet hoeveel kinderen ons museum bezoeken.”
Mede dankzij een terugtredende overheid zal het museum zich nog meer moeten profileren als cultureel ondernemer. Met marketingacties wordt er naar gestreefd om het aantal bezoekers verder te laten stijgen; streefaantal 320- 330.000. Als we in het jaarverslag van 2013 lezen dat de bezoekersaantallen uitkwamen op 328.000 en het bezoek aan de website op 515.600, dan is duidelijk dat er online nog een behoorlijke (marketing)slag gemaakt kan worden.
